Een beetje mosterd op dat ding

Format ImageCategories MuziekPosted on

Ik kan niet zonder muziek. Ik ben er mee opgegroeid en ik heb het echt nodig in m’n leven. Ik download al muziek sinds ik me kan heugen (lees: sinds we breedband internet hebben) en heb zelfs een periode gekend waarin ik fanatiek de cd’s die ik de moeite waard vond fysiek in mijn bezit moest hebben. Dan ging ik voor, na of tijdens mijn werk bij Front Runner langs bij de Fame of Free Record Shop en kocht ik ze. Vroeger deden mensen dat nog; fysieke albums kopen. Elk album wat ik heb bevat ook tenminste één nummer dat ik tot de dag van vandaag echt niet kan uitstaan.

Ergens halverwege het vorige decennium bracht Nas een album uit dat Hiphop Is Dead heette en dat zorgde toen voor de nodige discussie. Logisch, want het is best wel een statement. Het zou echter niet heel lang duren voordat ik het officieel eens was met deze statement. Dubstep had ondertussen al voor wat afstand gezorgd tussen hiphop/R&B en mijzelf, maar het hielp ook niet echt dat de kwaliteit van alles wat zich hiphop/R&B durfde te noemen drastisch aan het kelderen was. Dubstep was mijn opening naar de wereld van elektronische muziek en van het een kwam natuurlijk het ander. Via fidget, Baltimore Club (zoals Jersey Club in 2007 nog gewoon heette) en andere vormen van house en rolde ik uiteindelijk zo de techno in.

Ik luisterde eigenlijk alleen nog maar “urban” muziek tijdens de avonden van Vunzige Deuntjes en dat kwam toen dus neer op één donderdag in de maand. Alle nieuwe nummers die ik wel tof vond klinken, hadden een zelfde soort geluid. Catchy en net even anders dan de rest, maar toch telkens heel herkenbaar. Dat was ik voorheen alleen gewend van grote producers als DJ Premier, Timbaland en The Neptunes. Het herkenbare Mustard on the beat, ho zo tegen het einde van de eerste vier, acht of zestien maten maakte het plaatje alleen maar compleet. Na 2 On van Tinashé wist ik het zeker: DJ Mustard is in z’n eentje volledig verantwoordelijk voor de terugkeer van mijn liefde voor R&B. Ik heb al letterlijk een jaar lang non-stop liefde voor Jeremih’s Don’t Tell Em en dat zegt wat voor iemand die door zoveel muziek heen gaat als ik. Mustard slaagde daar waar bijvoorbeeld MikeWillMadeIt faalde, wat ik (oppervlakkig als ik ben) volledig aan z’n achterlijke naam wijt.

Stiekem is het ook wel chill om R&B weer aan mijn lijstje van favoriete muziek toe te kunnen voegen, want op de een of andere manier kijken mensen je toch vreemd aan als je uitlegt dat je Vunzige Deuntjes (mede) hebt bedacht, maar in je vrije tijd niet naar de artiesten luistert waar je indirect je geld aan verdient. Daarom even een shoutout naar Dijon MacFarlane, wiens ouders blijkbaar heel erg van mosterd houden.

 

Leave a Reply

Your email address will not be published.